We lopen de speeltuin in. Het is een grote, we zijn er af en toe, want het is een stukje verderop in de stad.
Waarom rennen kindjes in plaats van lopen
De omheinde tuin heeft een avontuurlijk speelhuis en een groot klimnet met een enorme glijbaan. Mijn zoon smijt zijn fiets op het gras en rent zijn beentjes uit zijn lijf richting de kabelbaan. “Mama, ik wil hierop!” roept hij.
Ik raap zijn fiets op, zet mijn slapende baby in de schaduw en zet de kinderwagen op de rem. Ik kijk mijn peuter na en moet even iets wegslikken. “Ik kom er aan!” roep ik terug. Wat is dat toch met rennende kindjes wat me zo raakt?
Rennend de wereld in
Ik let er namelijk op, de laatste tijd. Er wordt altijd gerend. In de supermarkt op een drafje op het ‘eigen karretje’ af. Naar de wc, als ‘ie nodig moet. Door het huis naar zijn trein, als ik zeg: “je broertje slaapt, zullen wij samen iets leuks gaan doen?” In de Hema, als hij een cadeautje voor een buurmeisje mag uitzoeken. Op mij af, als ik ’s ochtends wakker word en beneden kom. Op mij af, als ik gewerkt of gesport heb en we elkaar hebben moeten missen. Rennend mij om m’n hals vliegen, na een ochtend op de peuterspeelzaal. “MAMA!!!”, alsof hij me een week niet heeft gezien. “Mijn mama” zegt hij in mijn oor.
Het is het enthousiasme wat eruit spreekt. De onbevangenheid. De zin om dingen snél tegemoet te treden en te ontdekken. Nog geen grote gevaren op de loer, geen deadlines of moeilijke gesprekken die wachten. Maar gewoon nu, vandaag. Kom maar op wereld. Ik vind je leuk. Ik heb er zin in. Liefje van me, ren maar!
PS: Dit blog geeft een psychologische verklaring voor het feit waarom kinderen wel rennen, maar volwassen niet. Grappig!
Comments